smileys g772f8208c 640Het is een gek idee dat al minstens honderdzeventig exemplaren van mijn boek bij iemand thuis liggen. Hebben ze een plekje gevonden naast de bank? Op een nachtkastje? Of liggen ze opengeslagen op iemands schoot en worden er af en toe bladzijden omgeslagen?

Tijdens het schrijven ben ik helemaal niet bezig met wat mijn omgeving van het boek vindt. Zo lang ik aan het schrijven ben, is er altijd de mogelijkheid dat ik het manuscript nog helemaal verander en ik kan ook altijd nog besluiten het niet aan te bieden voor publicatie. Als het boek er eenmaal is, dan is alles anders. Iedereen kan het oppakken, bekijken en lezen. En ineens vraag ik me dan af wat die kritische collega van een bepaalde passage zal vinden en of de verhaallijn die ik op het laatst nog heb aangepast wel zal worden begrepen.

De verbeelding van de lezer
Vanaf nu is het niet meer alleen mijn boek. Nu het in alle boekhandels te krijgen is, is het van iedereen. Elke lezer mag er zijn eigen interpretatie aan geven.
Een vriendin verwoordde dat mooi: ‘De eerste pagina’s hoor ik je in gedachten tegen me praten,’ zei ze. ‘Als ik verder ben in het boek is dat weg. Gek hè?’
Ik vind dat helemaal niet raar. Bij het schrijven is het juist de uitdaging om de verbeelding van jou als lezer aan het werk te zetten, de situatie in grove lijnen te schetsen en in jouw hoofd uit te laten groeien tot een levensecht tafereel. Wat jij erin leest, is helemaal afhankelijk van wat jij erin herkent, van jouw referentiekader.

Reacties peilen
Natuurlijk ben ik heel benieuwd naar jouw ervaringen bij het lezen van mijn boek. Als het een film of toneelstuk was, dan zou ik vanuit de coulissen de reactie van het publiek kunnen peilen. Zitten de toeschouwers geboeid te kijken of zie ik ze gapen? Blijven ze zitten tot de aftiteling over het scherm is gerold of gaan ze in de pauze weg? En als ze na de voorstelling naar buiten komen, zien ze er dan verveeld uit of praten ze geanimeerd met elkaar? Bij het lezen van een boek is dat lastiger. Lezen doen we immers lekker thuis in onze eigen tijd.

Enkele eerste reacties
Inmiddels heb ik al wat eerste reacties mogen ontvangen! Tot mijn vreugde is het tot nu toe allemaal heel lovend:

‘Heerlijk boek om te lezen en eigenlijk zonde om door te lezen, want dan is het zo snel uit.’

‘Ik kan niet stoppen met lezen. Een prachtig verhaal waarin je wilt blijven doorlezen.’

‘Boeit vanaf de eerste pagina.’

Zomaar een greep uit de berichten die vrienden en kennissen me van allerlei kanten toesturen. Soms ook van mensen waarvan ik helemaal niet wist dat ze mijn boek hebben.

Ook bij de eerste professionele lezer valt het boek goed. Astrid Habraken van Boekrecensiesblog.nl vond het een ‘heerlijk boek’. Ze besluit haar recensie met:

‘Monique Bronkhorst heeft een beeldende schrijfstijl; je ziet La Fueva voor je en je voelt bijna het vocht en de kou in de eerste, ongemakkelijke weken in het vervallen huis. De personages komen allemaal tot leven, je wordt deel van de dorpsgemeenschap die langzaam maar zeker steeds hechter wordt. Lisa heeft in het begin geen vastomlijnd plan van wat ze gaan doen in Spanje. Als blijkt dat Luuk eigenlijk ook niet echt op haar hulp zit te wachten, moet ze wel op zoek naar een plan. Met wat vallen en opstaan is dat ook precies wat ze doet, haar eigen plan trekken. Met een aantal mooie en onverwachte wendingen in het verhaal tot gevolg. Die Lisa misschien niet leiden naar het einde dat ze verwacht had, maar die wel heel realistisch en geloofwaardig zijn.’

Ik denk aan al die exemplaren die nog ergens in een doos zitten en heb er ineens vertrouwen in dat ook die boeken een plekje vinden in iemands boekenkast.

 

Afbeelding van Tumisu via Pixabay

1000 Resterende tekens