familiefoto 1944Hoewel er alweer vijfenzeventig jaar verstreken zijn sinds Nederland de Tweede Wereldoorlog achter zich liet, verschijnen er nog steeds nieuwe verhalen over de oorlog. Talloze boeken zijn er inmiddels over geschreven. Boeken die gebaseerd zijn op gebeurtenissen van toen en op herinneringen van mensen die de oorlog hebben meegemaakt. Meestal eindigen deze boeken met de bevrijding. Soms lees je nog kort iets over hoe het de personages na de bevrijding vergaat, als een soort toegift, maar het plot is dan al duidelijk en de sleutelscènes zijn al verteld. In het verhaal van mijn grootouders ging dat anders. Dat begon namelijk pas echt na afloop van de oorlog, op het moment dat iedereen feestvierde.

Ontknoping
Veel indrukwekkende verhalen over de Tweede Wereldoorlog gaan over een held die met gevaar voor eigen leven anderen het leven redt of over dappere mensen die tijdens de oorlog ontberingen doorstaan. Ze overleven of sterven een tragische dood. De ontknoping van deze prachtige verhalen speelt zich vaak af rond de Bevrijding. Dat is niet zo vreemd. Vanaf dat moment begon een nieuw verhaal: het verhaal van de Wederopbouw, het verhaal van de Koude Oorlog. Nederland richtte massaal de blik op de toekomst, krabbelde weer op. Over de gebeurtenissen in de oorlog werd in die tijd niet meer gesproken.

Noodzakelijk kwaad
noodzakelijkkwaad
De wijze waarop we omgingen met NSB-ers, zwartwerkers en collaborateurs was al helemaal geen onderwerp waarover gesproken hoefde te worden. Ook in de literatuur ben ik weinig tegengekomen dat over dit thema is geschreven. Het lijkt erop dat het hele gebeuren zorgvuldig is weggemoffeld. Terecht, want er zit weinig bij waar we trots op kunnen zijn, zo ontdekte ik toen ik voor mijn debuutroman het boek Noodzakelijk Kwaad van Joggli Meihuizen las. Dit super-gedegen non-fictie boek geeft een - voor mij althans - nieuw perspectief op de wijze waarop berechting van Nederlanders na de oorlog plaatsvond.

Foute Nederlanders
Na afloop van de oorlog was er een grote behoefte aan gerechtigheid. Iedereen die als ‘fout’ bekend stond, werd opgepakt en vastgezet in verlaten forten, interneringskampen en scholen. Onder de gevangenen waren opvallend veel zelfstandigen die bijvoorbeeld in de oorlog brood hadden verkocht aan Duitsers. Of, zoals mijn grootvader, in de beginperiode van de oorlog verdedigingswerken hadden gebouwd voor de Duitsers. Dat waren er zoveel dat de provisorische gevangenissen overvol raakten en besmettelijke ziektes uitbraken.

Verhoor en berechting
Elke gevangene had zijn eigen verhaal. Dat van mijn grootvader was dat hij tijdens het werk aan de Grebbelinie door de oorlog werd overvallen, gevangen genomen werd door de Duitsers en de keuze kreeg tussen meewerken aan de bouw van de vliegveld of hij en zijn werknemers werden te werk gesteld in Duitsland. Of dat voldoende was voor een zware straf was lange tijd onduidelijk. Het verhoor en de berechting van de gevangenen liet op zich wachten, want daar was nog geen goed apparaat voor opgesteld. Eerst moesten de diensten die deze taak op zich namen gezuiverd worden en er moesten procedures opgesteld worden.

Misstanden
De gevangenen werden bewaakt door mensen die in het verzet hadden gezeten en vol haat en rancune zaten tegen de Duitsers. Eindelijk waren de rollen omgedraaid en hadden zij de macht om deze landverraders te laten boeten voor wat hen was aangedaan. Dat het daarbij niet ging om de kopstukken van de NSB deed er even niet toe. Fout was fout, ook al hadden de gevangenen nog geen eerlijk proces gehad. Ook de slager om de hoek waarvan men zei dat hij een keer een varken had geslacht in opdracht van een Duitse officier mocht zijn straf niet ontlopen. In de chaos en hectiek werden vernederingen en aanranding oogluikend toegestaan. Het Rode Kruis protesteerde tegen de leefomstandigheden in de kampen, maar het effect daarvan was op de korte termijn zeer beperkt.

Snelrechtsysteem
Pas na de zomer drong de politiek aan op een oplossing voor de overvolle gevangenissen. Die herinnerden de bevolking aan de oorlog en dat was niet gewenst. Omdat er weinig schot zat in de berechting van de gevangenen, werd er een soort snelrechtsysteem opgezet. De officier van justitie kon bij de lichtere vergrijpen zonder tussenkomst van de rechter beslissen over gevangenisstraffen tot een jaar en boetes tot 4.000 gulden. Als gevolg daarvan kregen veel kleine zelfstandigen een boete opgelegd en kwamen na gemiddeld een half jaar vrij.
De belangstelling voor de bestraffing van ‘foute’ landgenoten nam na de jaarwisseling verder af. Tegen de tijd dat de kopstukken van grotere bedrijven voor de rechter werden geleid, hadden weinigen nog aandacht voor dit onderwerp. Grotere bedrijven kwamen er, mede dankzij hun dure advocaten met relatief lage straffen vanaf. Na hun vrijlating bouwden zij hun onderneming uit met Marshall-geld, terwijl de kleine zelfstandigen nog jaren ploeterden om in het verarmde, na-oorlogse Nederland hun boete in termijnen af te lossen.

Happy end?
En mijn grootvader? Hij werd na drie maanden vrijgelaten, maar moest wel een forse boete betalen. Kort na zijn vrijlating kwam hij onder een omgevallen heistelling terecht waarbij hij zijn bekken brak en opnieuw maandenlang zonder inkomen zat. Om zijn bedrijf van een faillissement te redden, nam hij grote risico’s die hem en zijn bedrijf uiteindelijk de kop hebben gekost. Nee, dan liever een verhaal met de bevrijding van Nederland.

1000 Resterende tekens